Het themanummer van deze editie van het Nederlands Tijdschrift voor Medische Microbiologie is geheel gewijd aan kinderinfectieziekten. Als gastredacteur heb ik de eer u toe te lichten hoe dit themanummer tot stand is gekomen. In dit nummer komt een groot aantal kinderinfectieziekten aan bod, waarbij auteurs ingaan op de epidemiologie, diagnostische mogelijkheden en therapeutische of preventieve maatregelen van deze kinderinfectieziekten. Het gaat om kinderinfectieziekten die veel voorkomen (zoals rotavirus- en mycoplasma-infecties bij kinderen), ernstige complicaties geven (neonatale herpesinfecties en meningo-encefalitis op de kinderleeftijd) of die kunnen worden voorkomen (vaccinaties bij kinderen). Daarnaast worden deze kinderinfectieziekten besproken omdat er wetenschappelijk onderzoek naar wordt gedaan in Nederland. Dit themanummer heeft echter niet de intentie om een volledig overzicht te geven van de wetenschappelijke activiteiten op pediatrisch infectiologisch gebied. Er gebeurt nog veel meer in Nederland.
In het eerste artikel beschrijven Josephine van Dongen en Patricia Bruijning-Verhagen van het Julius Centrum verbonden aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) over de pathofysiologie en gastheerreactie van rotavirusinfecties op de kinderleeftijd. Josephine (begeleid door P. Bruijning-Verhagen) onderzoekt in het RIVAR-project (Risk-group Infant Vaccination against Rotavirus) de haalbaarheid en effectiviteit van rotavirusvaccinatie bij kinderen met een medische risicofactor (prematuriteit, dysmaturiteit en/of een ernstige aangeboren afwijking). Ondanks dat de World Health Organisation (WHO) het advies heeft gegeven om een rotavirusvaccinatie op te nemen in de nationale vaccinatieprogramma’s, is een rotavirusvaccin (nog niet) opgenomen in het Rijks Vaccinatie Programma (RVP) in Nederland. Op korte termijn zal de minister van Volksgezondheid een besluit nemen volgend op het advies van de Gezondheidsraad over de rotavirusvaccinatiestrategie. Dan wordt duidelijk of alle kinderen of kinderen met een medische risicofactor worden gevaccineerd .
Wendy Unger, Ruben de Groot en Annemarie van Rossum van de afdeling Kinderinfectieziekten, Immunologie en Reumatologie van het Sophia Kinderziekenhuis, Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam bespreken de mycoplasma’s die het vaakst luchtweginfecties bij kinderen kunnen veroorzaken. Bij zuigelingen betreft dit Ureaplasma en bij oudere kinderen Mycoplasma pneumoniae. In dit overzichtsartikel ligt de focus op de diagnostische mogelijkheden van deze infecties op de kinderleeftijd, omdat een tijdige diagnose de juiste behandeling bepaalt, complicaties kan voorkomen en antibioticaresistentie kan beperken.
Maya Keuning van de afdeling Kinderhematologie, Infectieziekten, Immunologie en Reumatologie van het Emma Kinderziekenhuis Academisch Medisch Centrum (EKZ-AMC) in Amsterdam heeft zich verdiept in epidemiologie, symptomatologie, diagnose en behandeling van neonatale herpesinfecties. De incidentie van neonatale herpesinfectie is laag in Nederland, maar de gevolgen zijn vaak ernstig met hoge morbiditeit en mortaliteit. De presenterende symptomen zijn aspecifiek, wat een tijdige diagnose veelal bemoeilijkt. Een nationaal monitoringsysteem zou niet alleen bijdragen aan het verkrijgen van inzicht in de toenemende incidentie (zoals die eerder is gerapporteerd door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) maar ook aan de identificatie van die pasgeborenen die mogelijk een verhoogd risico lopen op een (ernstige) neonatale herpesinfectie.
Een dergelijke nationale registratie zou ook zeer nuttig zijn om de incidentie, diagnostiek, morbiditeit en mortaliteit te volgen van meningo-encefalitis bij kinderen in Nederland. Dirkje de Blauw, Andrea Bruning en Katja Wolthers van de afdelingen Kinderhematologie, Infectieziekten, Immunologie en Reumatologie van het EKZ-AMC en Klinische Virologie van het AMC in Amsterdam beschrijven verschillende infectieuze en niet-infectieuze oorzaken van pediatrische meningo-encefalitis. Omdat bij een groot gedeelte van aangedane kinderen geen oorzaak wordt aangetoond, is het van belang te blijven investeren in betere diagnostische technieken.
Tot slot licht Joanne Wildenbeest, kinderarts-infectioloog-immunoloog bij het Wilhelmina Kinderziekenhuis, UMCU toe welke vaccinaties er momenteel (in het RVP) beschikbaar zijn en in de toekomst beschikbaar zullen worden voor kinderen en zwangeren. Omdat de kinderziekten waartegen effectieve vaccinaties beschikbaar zijn nog maar weinig voorkomen, en omdat de angst voor korte- maar vooral langetermijncomplicaties na vaccinatie toeneemt, neemt de vaccinatiegraad in Nederland af. Dat is jammer en dat moeten wij met elkaar proberen te veranderen. Kinderen die niet gevaccineerd zijn kunnen namelijk een ziekte overdragen op kinderen die nog te jong zijn of om medische redenen niet kunnen worden gevaccineerd. Het is in het belang van alle kinderen dat alle kinderen worden gevaccineerd (zolang er geen medische contra-indicatie is). Alleen op deze manier kunnen epidemieën worden voorkomen en blijft de noodzakelijke groepsimmuniteit bestaan.
Ik wil ieder heel veel plezier wensen bij het lezen van dit themanummer Kinderinfectieziekten van het NTMM. Ten slotte wil ik Jarne van Hattem en Jan Kaan van harte bedanken dat zij mij hebben uitgenodigd als gastredacteur voor dit themanummer.